Sébastien Vermeulen

Erfgoedpaspoort

Naam: Sébastien Vermeulen

Woonplaats: Merelbeke-Melle

Passie: Steenkappen en beeldhouwen

Soort immaterieel erfgoed: ambacht


Wat bezielt Sébastien?

Wie ben je?

Ik ben Sébastien Vermeulen, zelfstandig beeldhouwer. Ik focus vooral op portretten in marmer, brons en terracotta. Afgelopen jaar heb ik me daar intensief in bijgeschoold, onder meer in Studio della Statua in Firenze.

Ik heb een brede achtergrond: ik ben beeldhouwer en steenkapper en werkte de voorbije jaren bij verschillende restauratiebedrijven in Vlaanderen, zoals Arthur Vandendorpe, Lapis Arte en Monument Vandekerckhove.

Voor mij zijn steenkappen en beeldhouwen geen gescheiden werelden, maar een continuüm: je kan heel technisch met steen bezig zijn, of je kan er iets artistieks mee doen, of allebei tegelijk. Atelier Compaan, waar ik zelf mijn opleiding steenkappen volgde, moedigde dat van bij het begin aan: beheers je vak, maar geef ook je creativiteit ruimte. Dat trek ik door in mijn werk.

Wat in beeldhouwen en steenkappen spreekt je zo aan?

Tijdens mijn opleiding als steenkapper voelde ik me zeer hard aangetrokken tot het materiaal steen. Naast het leren van het vak vond ik het driedimensionaal vormgeven met je handen en hoofd zeer waardevol. Zo ging ik tijdens de zomer van 2020 een maand beeldhouwen in Oostenrijk in een steengroeve. Ik woonde en werkte daar, waardoor ik de materie doorleefde.

Beeldhouwen en vormgeven raken me diep. Wanneer ik bezig ben, brengt het me heel veel rust en denk ik alleen aan mijn werk. Het voelt bijna als een religieuze verbinding tussen mezelf en de materie. Nadien ben ik opgeladen en vol nieuwe ideeën.

Momenteel ben ik gefascineerd door portretten en menselijke figuren. Mensen zijn prachtige wezens, ook al zien ze dat zelf niet altijd. In hun vormen en gezichten kan je veel emotie leggen. Daarnaast wil ik met de beeldhouwprincipes zoals drapering, compositie, licht en schaduw mijn eigen taal ontwikkelen.

Je volgde een meester-leeringtraject. Hoe verliep dat?

In 2023 ging ik een jaar in de leer bij Alexandre Callet in Soignies. Dat traject bestond uit drie pijlers: tekenen, modelleren in klei en werken in steen. Eerst tekenen om je oog te aan te scherpen en te ‘zien’ wat je wilt maken. Daarna modelleren in klei om vormgevoel te ontwikkelen. Pas daarna werken in steen. Zo bouw je laag per laag op. Tijdens dat proces ontdekte ik dat ik aanleg en interesse heb voor modelleren in klei. Ook werkte ik in Soignies mee als assistent-beeldhouwer aan restauraties van engelen- en heiligenbeelden in Belgische blauwe hardsteen.

De grootste meerwaarde voor mij was om in een professioneel beeldhouwatelier te werken en te zien dat beeldhouwen vandaag nog een volwaardig beroep kan zijn. Het gaf me vertrouwen dat ik hier echt mijn weg in kan vinden. Het traject hielp me ook te netwerken: veel collega’s blijven waardevolle contacten.

Wat na dit leertraject?

Dankzij de steun van het Fonds SofinaBoël en de Koning Boudewijnstichting kon ik de interesse in kleimodelleren verder ontwikkelen. Afgelopen zomer volgde ik een maand privéles in ‘Studio della Statua’ in Firenze, bij Jason Arkles, een Amerikaanse meester in portretkunst. Daar leerde ik de sight-size-methode, een 19de eeuwse Franse techniek om te boetseren naar waarneming. Ik boetseerde er twee  menselijke figuren en twee levensgrote portretbustes.

De basis kreeg ik eerder al tijdens het meester-leerlingtraject. Alexandre vroeg me om een ornament in klei exact te kopiëren volgens de Taille Directe-methode. Hierbij werk je vanuit een aantal hoge punten. Zo leerde ik nauwkeurig observeren, meten en mijn handvaardigheid verfijnen. Dit alles was een belangrijke basis voor mijn verdere ontwikkeling in Firenze.

Ik kan deze methode ook praktisch inzetten bij restauratiebeeldhouwwerk, één van mijn activiteiten als zelfstandig beeldhouwer. Het kopiëren van het hoofd van een waterspuwer of het kappen van een eikenblad bij een gevelrestauratie, kan je allemaal uitvoeren met deze techniek.

Probeer je je opgedane kennis op jouw beurt door te geven?

Ik vind het belangrijk dat de kennis en kunde die ik de voorbije jaren opgedaan heb, ook opnieuw wordt doorgegeven. Momenteel doceer ik een lessenreeks ‘Sculpturale Vormgeving’ aan de Vrije Academie Gent waarbij leerlingen leren hoe ze een ornament of anatomische feature kunnen modelleren in klei. Ik gaf ook een try-out ‘Basis steenkappen’ in het M.O.T. Grimbergen.

Hoe kijk je naar de toekomst van het beeldhouwen?

Grote restauratiebedrijven werken steeds meer met robots die beelden voorsnijden of bepaalde vormen frezen. Dat kan nuttig zijn om fysiek zwaar werk te verlichten, maar daardoor kunnen het echte métier en de artistieke vrijheid verloren gaan. Tijdens mijn meester-leerlingtraject heb ik geleerd dat kleinere beeldhouwers een belangrijke rol spelen: we kunnen complexe of fijnere opdrachten efficiënter en meer gedetailleerd  uitvoeren.

Ik zie de toekomst complementair: grote ateliers die grootschalige projecten doen, en kleinere beeldhouwers die gespecialiseerd werk uitvoeren.
Technologie kan daarbij ondersteunen, bijvoorbeeld om stukken voor te frezen of in te scannen, maar het menselijk proces van zien, voelen en vormgeven blijft onvervangbaar.

Heb je nog een tip voor mensen die met dit vak willen starten?

Het is een prachtig métier, maar je hebt wel koppigheid en doorzettingsvermogen nodig. Je moet kunnen omgaan met mislukken en opnieuw beginnen. Perfectionistisch zijn is belangrijk, maar tegelijk moet je ook leren loslaten. Begin klein: leer eerst een dorpel zagen en bekappen, een klein ornament boetseren of een eenvoudige restauratie met al zijn stappen, en groei van daaruit. Laat je inspireren door de schoonheid van het creëren in de materie die bij jou past. Iedereen met voldoende geduld en passie kan dit leren.


Meer info

Lees hier meer over het meester-leerlingtraject van Sébastien en Alexandre.